WERK aan de winkel!

Zo net voor de zomervakantie is het een mooi moment om terug te kijken. Terugkijken op het afgelopen halfjaar maar vooral wil ik terugkijken op 4 jaar ervaring in de Sociale Zekerheidssector. Vier jaar geleden zette ik mijn eerste stap binnen de deur van SV Land in Zoetermeer en daarmee ook in de wondere en ingewikkelde wereld van de sociale zekerheid.

Ik leerde het verschil tussen sociale voorzieningen en sociale verzekeringen (zoals volksverzekeringen en werknemersverzekeringen), op het eerste oog een ingenieus stelsel. Als ik het allemaal goed heb begrepen, gaat het om compensatie voor het niet zelfstandig kunnen genereren van (voldoende) inkomen of compensatie voor arbeidsongeschiktheid. Oudedagsvoorzieningen voor het gemak even buiten beschouwing gelaten.

In het hele stelsel van de sociale zekerheid is het in principe zo dat mensen rechten kunnen ontlenen aan de wetgeving, maar mensen hebben ook plichten, zoals de sollicitatieplicht bij de WW.

De belangrijkste plicht van potentiële uitkeringsgerechtigden én uitkeringsinstanties is wat mij betreft het zoeken naar werk. Wat mij betreft noemen we uitkeringsinstanties ook geen uitkeringsinstanties meer maar WERKinstanties. Dit lijkt een open deur en veel WERKinstanties hebben er hun mond van vol, maar de praktijk is echt anders. Het is een mindset. In je hoofd werkt het anders als je redeneert vanuit het beoordelen van de uitkeringsaanvraag (de zogenaamde claimbeoordeling) in plaats van vanuit de beoordeling of en in welke mate iemand kan werken. Laten we ook het woord claimbeoordeling vervangen door WERKbeoordeling.

Als je deze redenering volgt, dan is de aanpak aan de poort, bij de aanvraag van de uitkering, al anders. Je start namelijk eerst met het kijken naar mogelijkheden van mensen en dat doe je uitputtend. Waartoe is iemand WEL in staat en wat is het aanbod van werk. En dan hard op zoek naar de goede match. Ik ken een gemeente die mensen die WWB komen aanvragen, eerst 4 weken helpen om aan het werk te komen, voordat de aanvraag überhaupt in behandeling wordt genomen. Dit is meer uitzondering dan regel.

Als de conclusie is dat iemand wel recht heeft op een uitkering, dan is het vervolg van mijn redenering dat er periodiek aan goede controle en handhaving wordt gedaan. Situaties van mensen veranderen, inkomen verandert, de mate van arbeidsongeschiktheid verandert. Dit heeft invloed op de uitkering, maar dan moet je de verandering wel kennen. Om dat te bewerkstelligen, is, naar mijn mening, een nauwe relatie met de uitkeringsgerechtigden van groot belang. Consulenten van WERKinstanties moeten hun cliënten en hun persoonlijke situaties kennen. En dat lukt lang niet alleen online, de ontwikkeling die nu op grote schaal plaatsvindt. Digitalisering van het uitkeringsproces, om kosten te besparen op de uitvoering. Een verkeerde focus. Het gaat om het minimaliseren van de uitkeringen. Hierbij zijn face to face gesprekken, de meest effectieve manier. Je kent de cliënt, je bouwt een relatie op met hem of haar, waardoor de kans groter is dat er openheid ontstaat. Hierbij neemt én de cliënt én de consulent verantwoordelijkheid. Hiermee kan naar mijn mening ook beter fraude worden voorkomen. Dit leidt echt tot participeren! En begrijp mij niet verkeerd: ik ben vóór een goed sociaal zekerheidsstelsel en mensen die het echt nodig hebben en er echt recht op hebben, moeten hier optimaal van kunnen profiteren.

Kortom, het gaat mij om wat mensen WEL kunnen en het participeren in de maatschappij en op de arbeidsmarkt. Ik heb in de afgelopen vier jaar nog teveel gezien dat het de uitkeringsgerechtigden (of moeten we zeggen WERKplichtigen) te makkelijk wordt gemaakt om gedurende een lange tijd een uitkering te ontvangen, zonder dat dit regelmatig wordt geëvalueerd. Onlangs heb ik nog iemand gesproken die al twee jaar een WW uitkering krijgt en nog nooit een persoonlijk gesprek heeft gehad met UWV. Alleen maar mailtjes. Onbestaanbaar in mijn ogen.

Participeren lukt alleen als er een goede samenwerking en afstemming is tussen wetgever, WERKinstanties en werkgevers. Vakbonden, die nu bij de invoering van de Participatiewet weer een belangrijke rol krijgen, zijn wat mij betreft geen partij in deze. Waarom er toch voor dit poldermodel is gekozen, is mij een raadsel. Dat model is niet voor niets 20 jaar geleden afgeschaft na de parlementaire enquête onder leiding van Flip Buurmeijer.

De genoemde samenwerking geldt overigens ook voor de samenwerking tussen de WERKinstanties onderling. De afstand tussen UWV, verzekeraars, gemeenten en SVB is veel te groot. Het lijken soms wel concurrenten en dat kan niet de bedoeling zijn.

Tot slot nog over de werkgevers. De wetgever zou het naar mijn mening voor werkgevers aantrekkelijker moeten maken om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan het werk te helpen. Er is teveel regelgeving en administratieve last. Ik ben voor tijdelijke loonkostensubsidie, maar wel gericht op een duurzame arbeidsrelatie. Ook zouden er wettelijke bepalingen moeten komen die ervoor zorgen dat er minder Oost Europeanen aan het werk komen in Nederland. Werkzoekende Nederlanders zouden we eerst aan het werk moeten krijgen. Hier is het woord WERKplichtigen overigens echt op zijn plaats, want ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat wij Nederlanders niet altijd meer bereid zijn om werk te doen in kassen of in de schoonmaak. Zo houden bijvoorbeeld de niet willers in de WWB recht op uitkering, en die kunnen we nu uitsluitend een tijdelijke maatregel opleggen. Dat zou anders moeten.

Daarnaast moet Den Haag vooral de werkgevers niet dwingen met quota, maar zorgen dat de economie weer gaat draaien. Stimuleren, investeren en innoveren. Werkgevers hebben ook een verantwoordelijkheid uit maatschappelijk oogpunt. Ik ben er van overtuigd dat het aannemen van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt de cultuur binnen een bedrijf verbetert (medewerkers worden trots op hun bedrijf) wat uiteindelijk leidt tot een succesvoller bedrijf.

Toen ik nog een buitenstaander was (vier jaar geleden dus) ging ik er van uit dat het allemaal werkte zoals ik hiervoor propageer. Velen van u, en zeker mensen die werken bij WERKinstanties, zullen zeggen: “allemaal open deuren, meneer Bakker”. Dat zouden het inderdaad moeten zijn, maar het werkt nog lang niet zo en de toekomst zal uitwijzen dat het nog een “hell of a job” is om met dit stelsel en manier waarop ermee wordt omgegaan, mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan het werk te krijgen.

Er is nog veel WERK aan de winkel.

Michiel Bakker, Directeur SV Land en SV Support

Adresgegevens

SV Land
Röntgenlaan 13
2719 DX Zoetermeer
Routebeschrijving

Nieuwsbrief