Kabinet: UWV moet valse verwachtingen na WIA zonder keuring voorkomen

Uitkeringsinstantie UWV moet voortaan aan pensioenfondsen en verzekeraars laten weten of een werknemer voorlopig arbeidsongeschikt is verklaard zonder keuring of dat het gaat om een definitief oordeel ná een keuring. Nu wordt geen onderscheid gemaakt, met soms grote gevolgen voor werknemers.
Nu is het nog zo dat mensen die na een keuring alsnog arbeidsgeschikt worden verklaard, soms duizenden euro’s arbeidsongeschiktheidspensioen terugbetalen. Minister Karien van Gennip van Sociale Zaken stelt daarom een wijziging van de procedure voor.

Daarmee reageert Van Gennip op de almaar oplopende wachttijden voor een medische keuring van uitgevallen werknemers na twee jaar ziekte. Bij zo’n keuring wordt beoordeeld of zij langdurig arbeidsongeschikt zijn en recht hebben op een WIA-arbeidsongeschiktheidsuitkering. Maar door een tekort aan keuringsartsen en de eerdere sluiting van UWV-kantoren door coronamaatregelen zijn voor deze keuring lange wachtlijsten ontstaan. Veel werknemers worden daarom nu ‘voorlopig’, zonder keuring, arbeidsongeschikt verklaard.

Dat gaat om veel mensen. In 2021 werden in afwachting van de definitieve arbeidsongeschiktheidskeuring 18 duizend voorlopige WIA-uitkeringen toegekend. Dat kan later echter tot problemen leiden als de keuring uiteindelijk alsnog wordt gedaan en de werknemer arbeidsgeschikt wordt verklaard. Dat gebeurt in zo’n 30 procent van de gevallen. Dat betekent dus dat zo’n zesduizend werknemers na twee jaar ziekte plus de wachttijd voor de keuring uiteindelijk geen arbeidsongeschiktheidsuitkering krijgen.

Dit kan grote gevolgen hebben. Want het UWV meldt het aan pensioenfondsen en verzekeraars als er recht ontstaat op een arbeidsongeschiktheidsuitkering. Daarbij wordt nu geen onderscheid gemaakt tussen een voorlopige en een definitieve uitkering. Die fondsen en verzekeraars gebruiken de gegevens voor het toekennen van onder andere arbeidsongeschiktheidspensioen en voor aanvullingen op de WIA-uitkering, de zogenoemde WIA-excedentuitkeringen. ‘Ook kan het recht op premievrijstelling voor de pensioenopbouw worden vastgesteld. Voor al deze producten is het noodzakelijk te weten of er recht bestaat op een WIA-uitkering’, schrijft Van Gennip.

Terugvorderen of niet

Dat kan tot problemen leiden als de uitgevallen werknemer na de keuring uiteindelijk toch geen WIA-uitkering krijgt. Vaak blijkt er dan te veel geld te zijn uitgekeerd. ‘De pensioenuitvoerder’, schrijft Van Gennip, ‘staat dan voor de keuze om terug te vorderen of niet. Terugvorderen kan leiden tot schrijnende situaties. Daar staat tegenover dat bij niet terugvorderen de betreffende pensioenuitkeringen ten laste van het collectief komen.’

Om die schrijnende situaties bij terugvordering te voorkomen stelt zij nu voor om een splitsing te maken in de melding die het UWV aan pensioenuitvoerders doet: of het gaat om een voorlopige WIA-uitkering in afwachting van de keuring of een definitieve WIA-uitkering. ‘Daardoor kunnen aanbieders zelf de overweging maken of zij het arbeidsongeschiktheidspensioen of de aanvulling op de WIA tot uitkering laten komen en of daar (extra) voorwaarden aan worden verbonden.’

Zo kan de verzekeraar of het pensioenfonds ‘al dan niet in gesprek met de betrokken werknemer – het gesprek voeren over het uitkeren van het private product en zelf de overweging maken of zij het arbeidsongeschiktheidspensioen of de aanvulling op de WIA tot uitkering laten komen en of daar (extra) voorwaarden aan worden verbonden’. ‘Dit kan er ook aan bijdragen dat betrokkenen die een voorschot hebben gekregen waarna geen recht op een WIA-uitkering is ontstaan, niet worden geconfronteerd met een onvoorziene terugvordering’, aldus Van Gennip.

Bron: Volkskrant.nl

Adresgegevens

SV Land
Röntgenlaan 13
2719 DX Zoetermeer
Routebeschrijving

Nieuwsbrief