Klijnsma: Enschede moet aanvraag bijstand direct behandelen

De manier waarop Enschede de zoektermijn hanteert – de aanvraag pas na de vier weken in behandeling nemen – mag niet, aldus Klijnsma.

De gemeente Enschede mag een bijstandsaanvraag niet vier weken laten liggen alvorens deze in behandeling te nemen. Dat antwoordt staatssecretaris Jetta Klijnsma op Kamervragen van de SP. Klijnsma heeft de dit laten weten aan wethouder Patrick Welman van Enschede.

 
Zoekperiode
De ‘wachttijd’ van vier weken is bedoeld om mensen te stimuleren zelf werk te zoeken. Bij jongeren is deze termijn standaard en zelfs in de wet vastgelegd. Het zorgt ervoor dat minder jongeren uiteindelijk een uitkering aanvragen. Steeds meer gemeenten voeren de zoektijd ook in  voor mensen boven de 27 jaar. Maar de manier waarop Enschede dat doet – de aanvraag pas na de vier weken in behandeling nemen – mag niet, aldus Klijnsma.

Rotterdam
Er zijn meer gemeenten waar een zoektermijn ingesteld is, zoals Rotterdam. Het verschil met Enschede zit ‘m erin dat daar de aanvraag wel direct in behandeling wordt genomen. Dat moet Enschede nu ook doen. Klijnsma laat de Kamer weten dat Enschede, ondanks de zoektermijn, toch in staat is binnen de wettelijke termijn van 8 weken te beslissen of de uitkering verstrekt wordt.

Voorschotten
SP-Kamerlid Sadet Karabulut vroeg de staatssecretaris ook of Enschede zich aan de wet houdt met betrekking tot het verstrekken van voorschotten. Volgens Klijnsma zijn geen gevallen bekend waaruit blijkt dat Enschede zich niet aan de wet houdt.

De dupe
Enschede heeft een tekort op het bijstandsbudget en heeft daarom bij het rijk een Meerjarige Aanvullende Uitkering (MAU) aangevraagd. Deze aanvulling is toegezegd door het rijk, maar wel op voorwaarde dat de gemeente er alles aan doet het aantal mensen in de bijstand te laten afnemen.

Op de vraag of bijstandsgerechtigden de dupe kunnen worden van het strenge regime in Enschede, reageert Kljinsma negatief. ‘De wettelijk vastgelegde rechten en plichten van uitkeringsgerechtigden kunnen door de gemeente niet worden aangetast, ook niet wanneer zij vanwege tekorten maatregelen treft om die te reduceren.’

Bron: Binnenlands Bestuur