Pleidooi om regels Participatiewet te versoepelen

De Participatiewet moet worden aangepast om meer mensen met een beperking kans te laten maken op een baan. Daarvoor pleiten drie wethouders dinsdag in een opiniestuk in Trouw. Arjan Vliegenthart (SP, Amsterdam), Huib van Olden (CDA, Den Bosch) en Staf Depla (PvdA, Eindhoven) spreken van “starre regels”.

In het sociaal akkoord werd in 2013 afgesproken dat er 125.000 banen komen voor arbeidsgehandicapten. Werkgevers en de overheid zouden zich hier gezamenlijk voor moeten inzetten en zodra de targets niet zouden worden gehaald moest zelfs een wettelijk quotum gaan gelden. Wie dan geen arbeidsgehandicapte in dienst neemt, riskeert een boete. Momenteel lijken de doelstellingen inderdaad niet te worden gehaald. De drie wethouders wijten dit aan de strakke regels.

Zo moet een arbeidsgehandicapte binnen het zogeheten doelgroepregister passen, anders krijgt de werkgever geen loonkostensubsidie. De beoordeling wordt gedaan door het UWV.

Herzien
Dit register is arbitrair, vinden de wethouders en moet daarom worden herzien. Volgens hen zorgt dit systeem er namelijk voor dat de ene arbeidsgehandicapte wel kans maakt op steun en de ander niet, terwijl de mate van arbeidsvermogen vergelijkbaar is. Zij pleiten er daarom voor dat gemeenten per persoon zelf bepalen of iemand het minimumloon kan verdienen. Als dat volgens de gemeente niet zo is, dan komt die persoon in aanmerking voor begeleiding en loonkostensubsidie.

Verder pleiten de wethouders ervoor dat bedrijven diensten kunnen inkopen bij sociale ondernemingen waar mensen met een beperking werken. Woensdag debatteert de Tweede Kamer met staatssecretaris Jetta Klijnsma (Sociale Zaken) over de Participatiewet.