Rijk geschakeerd: risico’s op weg naar de participatiesamenleving

Nederland staat aan de vooravond van de grootste herziening van de verzorgingsstaat ooit. Het besef daarvan klinkt nog onvoldoende in het politieke en publieke debat door. Dat stelt het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) in een essay over de ingewikkelde weg naar de participatiesamenleving. “Rijk geschakeerd” is geschreven door de directeur van het Sociaal en Cultureel Planbureau, prof.dr. Kim Putters. Met het essay wil hij een bijdrage leveren aan het debat over de herziening van de Nederlandse verzorgingsstaat. Het essay wordt 17 juni gepresenteerd tijdens het jaarlijkse VNG-congres.

Kernpunten van het essay zijn:

  • Het besef dat de burger straks eerst zelf aan zet is en geen recht meer heeft op een aantal uren professionele hulp of ondersteuning door de overheid is nog onvoldoende aanwezig bij zowel gemeenten als burgers zelf.
  • Het lokaal bestuur staat dichtbij burgers, maar dat betekent niet automatisch dat de zorg goed is.
  • De lokale politiek zal in dialoog met inwoners de normen moeten stellen voor bestaanszekerheid en een meer sturende rol in moeten gaan nemen. De sociale grondrechten spelen daarbij nog nauwelijks een rol.
  • Het rijk moet zichzelf heruitvinden. Dat betekent niet ‘handen er vanaf’, maar een helpende hand voor gemeenten op het gebied van kennis, kunde en geld.
  • Er is sprake van een democratisch gat en een risico van een vervreemding van de lokale politiek die vergelijkbaar is met het democratisch tekort op Europees niveau.
  • De participatiesamenleving is niet binnen een paar jaar gerealiseerd.

Weinig besef fundamentele omkering van rollen en verantwoordelijkheden in de verzorgingsstaat

Het besef dat met het kabinetsbeleid burgers eerst zelf aan zet zijn en niet meer vanzelf kunnen rekenen op hulp of ondersteuning van de overheid of zorginstellingen is nog onvoldoende doorgedrongen. De tijd begint te dringen, want 1 januari 2015 moeten gemeenten en instellingen de verandering voltooien. Er zal geen recht op zorg of passend werk meer zijn en nergens staat beschreven op hoeveel uur hulp je kunt rekenen. Het verandert wat je kunt verwachten van de overheid. Dit is niet enkel een versobering of bezuiniging, maar ook een fundamentele omkering in het denken over de rolverdeling tussen burgers en overheid in onze samenleving. Het vraagt een actieve opstelling van burgers, een aanvullende rol van de lokale overheid en een helpende hand van het rijk.

Zorg is niet automatisch in goede handen bij gemeenten: 5 risico’s

Uit de Wmo wetsevaluatie 2010-2012 blijkt dat gemeenten de nieuwe zorgtaken volop oppakken en het geld besteden aan het bevorderen van participatie en zelfredzaamheid. Al is niet altijd scherp geformuleerd wat dat is. Wel zijn er risico’s gesignaleerd in de praktijk. In de eerste plaats is niet elke ambtenaar opgeleid met een kruip in de huid van de burger mentaliteit. In de tweede plaats is daarvoor ook kennis nodig over wat sommige mensen aankunnen of nodig hebben. Deze kennis, bijvoorbeeld over mensen met psychische beperkingen, is er niet altijd. In de derde plaats worden de aannames rond de beschikbare mantelzorg te positief ingeschat. Niet ieder familielid of iedere buur is in staat om bovenop het werk ook nog te mantelzorgen. Dit komt daardoor vooralsnog op steeds dezelfde schouders neer. De beperkingen in tijd en geld zijn – ten vijfde – de komende tijd een groot risico voor de eerste fase van invulling en uitvoering van de decentralisaties.

Sociale grondrechten spelen nauwelijks rol in dialoog lokale politiek met burger over normen voor bestaanszekerheid

Burgers in Nederland hebben recht op zorg en zekerheid, dat zijn sociale grondrechten. Het rijk stelt daarover niet meer de basisnormen, dat moet de lokale politiek nu met inwoners doen. Gemeenten moeten zich daarbij ook afvragen wat voor overheid ze willen zijn: wil je in de toekomst bevoogden dat iemand voor zijn moeder of buurvrouw moet zorgen – opgelegde vrijwilligheid – of blijft het bij een moreel appel daarop? Dat laatste vraagt om goede afstemming met professionele zorg, die ook als achtervang aanwezig moet zijn. Er gaat verschil ontstaan. Op de ene plek krijg je een scootmobiel bij astma en elders niet. De ene gemeente zorgt voor mensen met psychische problemen, de ander niet of beter. De vraag is hoe het rijk daarop zal reageren: nieuwe regels, of ondersteuning waar ongerechtvaardigd verschil ontstaat?

Groot risico op dezelfde vervreemding en democratisch gat als bij EU

Het vraagstuk van de democratie ontbreekt teveel in de politieke en publieke discussie. Regionale samenwerking op het gebied van zorg kan leiden tot net zo’n democratisch gat als bij de EU. Om dat te voorkomen zijn goed geëquipeerde gemeenteraden nodig, met kennis van zaken. Colleges moeten plannen beter en tijdiger voorleggen, zeker als er regionaal afspraken gemaakt gaan worden. Daarbij is bovendien een kritisch controlerende en aanwezige lokale pers nodig.

De participatiesamenleving is niet binnen een paar jaar gerealiseerd

Aan de participatiesamenleving wordt momenteel politiek en beleidsmatig erg veel opgehangen. Het leidt tot teveel en te hoge verwachtingen op het terrein van arbeid, (mantel)zorg en vrijwillige inzet van mensen. Niet iedereen is in staat aan die verwachtingen te voldoen, soms vanwege tijdgebrek, soms vanwege ontbrekende vaardigheden of wil. Aan de andere kant gebeurt er al veel in de samenleving dat raakt aan die participatiesamenleving. De variatie van omgangsvormen en samenlevingsverbanden is steeds rijker geschakeerd. De fundamentele rolverandering voor burgers, maar ook voor de overheden en met name de rijksoverheid zal veel meer tijd vragen.

Bron: Persbericht SCP

Adresgegevens

SV Land
Röntgenlaan 13
2719 DX Zoetermeer
Routebeschrijving

Nieuwsbrief