Zit er voldoende smeerolie in ons sociale zekerheidsstelsel?

Is ons huidige sociale zekerheidsstelsel toekomstbestendig en betaalbaar? Dat was de centrale vraag tijdens het symposium dat SV Café op 23 april jl. organiseerde in de voormalige Utrechtse mengvoederfabriek De Fabrique. Sweder van Wijnbergen maakte van zijn hart geen moordkuil: ‘Asscher richt behoorlijk wat schade aan.’

Een hoge ambtenaar van een departement laat zich zelden kritisch uit over het gevoerde kabinetsbeleid. Eén uitzondering bevestigt al jaren die regel: Sweder van Wijnbergen. Tegenwoordig is hij onder meer hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam, maar ook toen hij nog secretaris-generaal op het ministerie van Economische Zaken was, stond hij bekend om zijn kritische geluid. Op 23 april begint Van Wijnbergen echter opvallend mild aan zijn verhaal: de Nederlandse economie kan anno 2015 een stootje hebben en daar heeft het overheidsbeleid van de afgelopen jaren ook een goede rol in gespeeld. Zo is door allerlei ingrepen het langdurig ziekteverzuim omlaag gegaan en is de instroom in arbeidsongeschiktheidsregelingen fors beperkt.

Hij maakt zich niet druk over het bedrag dat we kwijt zijn aan sociale zekerheid, maar wel over de mismatches die ontstaan doordat de sociale zekerheid de grillen van de arbeidsmarkt niet meer kan bijbenen.

Niet adequaat
Een van de kritische kanttekeningen van Van Wijnbergen bij het huidige overheidsbeleid is dat het geen adequaat antwoord heeft op de nieuwe en niet te stuiten flexibilisering op de arbeidsmarkt: ‘Asscher is behoorlijk wat schade aan het aanrichten. Hij kiest ervoor flexwerk weer meer als vast werk te zien. Moeten we iedereen een vast contract aanbieden als mensen dat niet willen? Snel kunnen opschalen en afschalen in bedrijven biedt meer werkgelegenheid. Werkgevers moeten dan wel investeren in de flexschil.’ Daarnaast vindt Van Wijnbergen het belangrijk dat er publieke subsidies komen voor ‘on the job training’, voordat mensen aan de kant komen te staan.

In het zand
Zijn grootste zorg richt zich op groepen die nauwelijks kans maken op de arbeidsmarkt en waar politiek Den Haag om verschillende redenen de kop voor in het zand steekt. Sociale zekerheidswetgeving zou juist daar het verschil moeten maken. Maar mede door de eenzijdige focus op sociale zekerheid als kostenpost, gebeurt dat niet. Hij noemt drie groepen die het te verduren hebben en waar fatsoen lijkt te ontbreken:

  • Arbeidsgehandicapten: ‘De afbouw van sociale werkplaatsen, zonder goed alternatief zal slecht uitpakken.’ Het opleggen van boetes aan werkgevers (Van Wijnbergen is ook ondernemer) vindt hij geen goede ontwikkeling ;
  • Allochtonen: zeker voor migrantenjongeren is het lastig aansluiting te vinden op de arbeidsmarkt: bij deze groep is de werkloosheid 30 procent. ‘Op korte termijn is sprake van een lost generation’;
  • Ouderen die werkloos worden: werkloosheid onder ouderen ligt weliswaar laag, maar word je werkloos dan is het beeld veel minder rooskleurig: van de werklozen van 45 jaar heeft gemiddeld zestig procent binnen één jaar werk gevonden. Voor de zestigjarigen is dit slechts twintig procent. Van Wijnbergen signaleert hier een structureel probleem, waarbij niet alleen sprake is van een inkomensachteruitgang, maar ook de sociale gevolgen niet moeten worden onderschat.

De knelpunten die hij schetst rond deze drie groepen liegen er niet om. En wat doet de overheid? Aandacht vanuit politiek Den Haag gaat vooral uit naar de jeugdwerkloosheid. Sweder van Wijnbergen vindt dat hier foute accenten worden gelegd: ‘Ten opzichte van de rest van Europa doen we het hier goed. Het probleem van de jeugdwerkloosheid lost zich vanzelf op. Jongeren opnemen in je bedrijf is goedkoop.’ Het kabinet lijk de urgentie van de knelpunten niet te onderkennen. Oplossend vermogen moet vooral van de gemeenten komen.

Storend
Sweder van Wijnbergen is kritisch over de huidige inzet van smeerolie in ons sociale zekerheidsstelsel. Hij heeft dat geïllustreerd aan de hand van een aantal groepen die buiten de boot dreigen te vallen. Hij signaleert dat politici sociale zekerheid teveel zien als storende factor en dat de hoge kosten worden uitvergroot. Te weinig gaat het naar zijn idee over de noodzaak bepaalde risico’s (‘je zult maar pech hebben’) vanuit het publieke domein te regelen. Zo is hij voorstander van het in stand houden van een redelijke inkomensverzekering tegen werkloosheid: maar dan wel een regeling die een dreigende tweedeling tussen flexwerkers en vaste contracten voorkomt.

Auteur: Sjaak Koehler, adviseur bij SV Land. Dit artikel verscheen eerder in Sociaal Bestek, editie juni/juli 2015.

Adresgegevens

SV Land
Röntgenlaan 13
2719 DX Zoetermeer
Routebeschrijving

Nieuwsbrief