Aandacht voor de mens en een goede uitvoering doet verzuim, fraude en werkloosheid dalen
Uit De Sociale Staat van Nederland, uitgebracht door het SCP, komt het beeld naar voren van Nederland als gelukkig volk, dat herstelt van een zware economische crisis. Niet alleen de economie trekt aan, maar ook het sociale leven wordt weer positief opgepakt. De werkloosheid loopt nog langzaam terug, maar de groep mensen die in de problemen zit door schulden, gezondheidsproblemen en armoede is niet verder gegroeid. De groep mensen die in Nederland achterblijft is niet gegroeid, maar ondanks verwoede pogingen van het kabinet ook niet afgenomen.
Het stelsel van Sociale Zekerheid maakt Nederland zo mooi, waardoor de kloof tussen arm en rijk relatief klein is. Een goed moment om met de overgang naar 2016 dit stelsel nader te beschouwen. Hoe wordt ons stelstel bewaakt en hoe ziet het eruit voor de toekomst?
Kostenpost nummer 1
De Sociale Zekerheid is de hoogste uitgavenpost op de rijksbegroting. De afgelopen jaren zijn de uitgaven gestegen. Dit terwijl het kabinet er juist alles aan doet om het te verlagen.
De verschillende inkomensregelingen zijn communicerende vaten. Als de ene uitkering daalt, stijgt er een andere. Zo zien we de IVA stijgen naar de 75.000 uitkeringen, de WGA richting de 160.000 en de WAO daalt elk jaar met zo’n 30.000 uitkeringen en gaat richting de 300.000. Ook de Participatiewet, die is ingegaan op 1 januari 2015, zal een groot deel van de Wajong gaan vervangen. De communicerende vaten laten zien dat de afgelopen jaren het totale volume aan uitkeringen niet minder geworden is.
De politiek is er de laatste jaren bedreven in geraakt om de uitgaven van een bepaald onderdeel binnen de sociale zekerheid in te tomen met het verschuiven van de uitvoering naar een andere ketenpartij of met het aanpassen van wetgeving. Dit zien we bij de decentralisatie van de 3D’s, Jeugdwet, Participatiewet en Wmo naar gemeenten en bij de uitvoering van het persoonsgebonden budget door gemeenten en SVB. Maar wordt hiermee het fundament van de Sociale Zekerheid én de uitvoering verbeterd?
Het eureka van nieuwe wetgeving
Het afgelopen jaar is een aantal belangrijke wetten aangenomen. Deze wetten moeten ervoor zorgen dat de arbeidsmarkt beter gaat functioneren en dat werken meer gaat lonen. Zo noemen we: de Wet Werk en Zekerheid, De Wet flexibel werken, Wet werken na de AOW en Wet harmonisatie instrumenten Participatiewet.
Ontslagrecht
Het nieuwe ontslagrecht moest eenvoudiger, eerlijker en goedkoper zijn. Dit zou vooral bereikt worden door de invoering van een verplichte ontslagroute die afhankelijk is van de ontslaggrond, de invoering van een transitievergoeding en een verkorting van de periode waarin werknemers op een tijdelijk contract gehouden kunnen worden. Dit zou de werknemers meer zekerheid moeten geven in werk. Ook is de duur van de WW -uitkering verkort van 36 maanden naar 24 maanden.
Wet werk en zekerheid
Het is zeer twijfelachtig of de Wwz de goede bedoelingen waar gaat maken. Ondertussen wordt in de praktijk met vallen en opstaan geleerd hoe te werken met de nieuwe regels.
ZZP
De markt dendert door met flexkrachten en ZZP-ers en laat zich niet sturen door nieuwe wetgeving die de werknemer moet beschermen. Of probeert de regering krampachtig premie-inkomsten te behouden? Zo gaat de VAR per 1 april 2016 verdwijnen. Opdrachtnemers kunnen dan geen VAR meer aanvragen bij de belastingdienst. ZZP-ers met één of een gering aantal opdrachtgevers worden niet meer gezien als ondernemer. Bedrijven die veel werken met dergelijke ZZP-ers lopen hierdoor het risico om alsnog werknemerspremies te betalen, aangezien er sprake kan zijn van werknemerschap.
Hierdoor gaan ZZP-ers constructies bedenken, waardoor opdrachtgevers worden gevrijwaard van toekomstige risico’s. Zo kan de ZZP-er kiezen voor een oplossing waarbij er werknemerschap ontstaat in een eigen BV. Dit vrijwaart de opdrachtgever van financiële risico’s. En de overheid ontvangt weer premie-inkomsten, omdat de ZZP-er werknemer is geworden.
Wet harmonisatie instrumenten Participatiewet
Dan is er de Wet harmonisatie instrumenten Participatiewet, bedacht om werkgevers financieel over te halen om mensen uit de Participatiewet aan te nemen. Zo geldt er soms een no riskpolis voor mensen die vanuit de participatiewet gaan werken. Dit vrijwaart de werkgever van financiële risico’s bij arbeidsongeschiktheid. Door alle gewijzigde regels is het echter voor gemeenten en UWV een uitdaging om dit allemaal goed geregeld te krijgen.
Scherpte in de uitvoering
Wat is er nodig om uitkeringsvolumes te verlagen? De regelingen zijn vaak niet eens slecht. De uitvoering moet op een scherpere manier geregeld worden, meer ondernemend en met juiste inzichten om inkomensproblemen om te buigen naar duurzame oplossingen.
De groep mensen die in de knel zit, wordt onvoldoende uitgedaagd in zijn wél kunnen en deint mee op de regels en processen die er de afgelopen jaren gekomen zijn. Van de ene casemanager naar de tweede, en derde casemanager. Iedereen volgt zijn proces dat zorgvuldig is bedacht en weinigen laten eigen inzicht en ondernemerschap zien.
Medisch of niet medisch?
De afgelopen jaren zijn processen steeds meer juridisch dichtgetimmerd. De mensen die ermee werken passen regels toe en zoeken het veilige midden. Dit zie je bij mensen die werkloos of ziek zijn, zij worden vaak bewust op afstand gezet. De casemanager belt de zieke medewerker en als verzuim langdurig blijkt wordt een arts ingezet, terwijl het verzuim vaak geen medische oorzaak heeft. De niet-medische klachten nemen toe, deze mensen moet je helpen door de oorzaken van de klachten op te lossen. Hier kom je achter door een goed persoonlijk gesprek te voeren door een persoon die haarscherp medisch en niet medisch kan onderscheiden en die de arts weet te vinden als dat nodig is.
Persoonlijke aandacht
UWV ziet weinig werklozen meer. En iemand met een WGA-uitkering kan bij een werkgever die eigenrisicodrager is jarenlang aandacht ontberen van zijn werkgever. Dat is vreemd als de werkgever 10 jaar lang 70% van het salaris doorbetaalt.
Een zieke medewerker of een werkloze die je niet regelmatig persoonlijk spreekt wordt niet gemotiveerd. Hij gaat zijn eigen weg en mogelijk ook oneigenlijk gebruik vergoelijken. Iemand gaat zich steeds zieker voelen, terwijl dat objectief niet zo is. Dat persoonlijk contact participatie verhoogt en fraude voorkomt is bewezen in een wetenschappelijk onderzoek van de Erasmus Universiteit. Stel de relatie met de cliënt centraal, dan leidt regelmatig persoonlijk contact met de cliënt leidt tot hogere uitstroom.
Conclusie
De juiste aandacht en acties die mensen aansporen het heft in eigen hand te nemen doet mensen veranderen. Aandacht voor de mens en scherpte doet verzuim, fraude en werkloosheid dalen. Het lijkt wel of overheid en werkgevers de laatste jaren in ivoren torens zijn gaan zitten en op afstand mensen willen beïnvloeden en sturen. Laten we dit proces keren, dan gaan de volumes dalen.
Auteur: Charlotte van Leeuwen, directeur en oprichter van SV Land